Zorgen aan Raad van State over wetsvoorstel Computercriminaliteit

dinsdag 6 mei 2014

De NVJ, het Nederlands Uitgeversverbond, het Nederlands Genootschap van Hoofdredacteuren en het Persvrijheidsfonds, uiten in een brief aan de Raad van State hun zorgen over het wetsvoorstel Computercriminaliteit III, waarvan een aantal aspecten de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting onder druk zet. Onlangs heeft de regering het wetsvoorstel ter advisering voorgelegd aan de Raad van State.

Het voorontwerp beperkt zich in het geheel niet tot computercriminaliteit, maar strekt zich uit tot ook andere delicten die dicht aanliggen tegen de vrijheid van meningsuiting. Het risico bestaat dat er te gemakkelijk een mogelijkheid wordt gecreëerd om fundamentele rechten zoals de vrijheid van meningsuiting te schenden.

Algemeen belang

Het is weliswaar terecht dat het wetsvoorstel en de memorie van toelichting nu wel duidelijk maken dat van strafbaarheid van journalisten en klokkenluiders geen sprake kan zijn als bekendmaking van de gegevens vanwege het algemeen belang noodzakelijk is. Maar het is onbegrijpelijk dat deze wettelijke uitzondering uitsluitend wordt vermeld bij het openbaar maken van wederrechtelijk verkregen gegevens, en niet bij andere nieuwe bevoegdheden.

'Op zwart'

Het ‘op zwart’ zetten van (delen van) websites, het binnendringen van computers – met de gelegenheid om journalistieke bronnen te achterhalen – en het strafbaar stellen van het gebruik van verborgen camera’s in een woning of niet-openbare plek kunnen immers eveneens vergaande gevolgen hebben voor de journalistiek, de persvrijheid en de vrijheid van meningsuiting. Ook het verbod om gesprekken op te nemen waaraan je zelf deelneemt kent geen uitzondering voor journalisten, terwijl Nederlandse rechter journalisten feitelijk dwingt tot het maken van een opname omdat citaten precies moeten kloppen en de bewijslast hiervan volgens de rechtspraak bij de media ligt. 

  • Lees hier de brief van NVJ, het Nederlands Uitgeversverbond, het Nederlands Genootschap van Hoofdredacteuren en het Persvrijheidsfonds over het wetsvoorstel Computercriminaliteit III