Dreiging kort geding tegen publieke omroepen

vrijdag 24 mei 2013

De NVJ en andere bonden dreigen met een kort geding tegen de publieke omroepen vanwege het niet nakomen van de gemaakte afspraken rondom tijdelijke contracten. De publieke omroepen hadden voor 1 mei moeten rapporteren dat zij voldoen aan de cao-afspraak met betrekking tot de flexcontracten. Op dat moment hadden pas drie omroepen aan die eis voldaan. Reden voor de NVJ om aan de bel te trekken. De omroepen krijgen nog twee weken de tijd om hun rapportages aan te leveren.

De NVJ spreekt er vooral schande van omdat het de omroepen al zes jaar niet lukt om een heel simpele afspraak uit te voeren. In 2007 hebben werkgevers en werknemers in de publieke omroep maatregelen genomen om het onterecht grote aantal tijdelijke contracten terug te dringen. “Toen al is afgesproken dat 90 procent van de werknemers dat structureel werk doet ook voor onbepaalde tijd in dienst zou moeten zijn,” zegt omroepsecretaris Marc Visch van de NVJ. “Voor projecten hebben we toen bepaald dat 60 procent na een jaar een arbeidsovereenkomst voor onbepaalde tijd zou moeten hebben.” Maar de NVJ constateert dat sinds die afspraak is gemaakt er nog geen jaar is geweest dat alle omroepen ook aan die criteria voldeden. “We hebben diverse keren met een kortgeding moeten dreigen om überhaupt de afgesproken rapportage te krijgen, maar dat is natuurlijk geen manier van werken.”, aldus Visch.

“De omroepen weten dat dit een heel belangrijke afspraak voor de werknemers is. Sterker, het is ook tijdens de huidige cao-onderhandelingen weer een van de belangrijkste gespreksonderwerpen.” Leden melden zich al jaren bij de NVJ met de mededeling dat ze graag verruiming van het aantal tijdelijke contracten willen. Ze worden na een aantal tijdelijke contracten gewoon op straat gezet of krijgen te horen dat ze na drie maanden weer welkom zijn. De omgekeerde wereld volgens de NVJ. Visch: “Omroepen, zeker publiek gefinancierde, moeten hun verantwoordelijkheid nemen. En dat betekent dat ze werk voor onbepaalde tijd ook met contracten voor onbepaalde tijd moeten invullen. Nu leggen ze het risico volledig bij de werknemer. Het misverstand dat in leven wordt gehouden, is dat een contract voor onbepaalde tijd een vast contract is waar men nooit meer onderuit komt”.

Het argument dat vaak gebruikt wordt is dat men niet zeker weet of een programma wel weer in het schema terugkomt. Een onzinargument, volgens de NVJ. “Bij Verkade weten ze ook niet of er volgend jaar nog wel koekjes verkocht worden. En toch hebben ze daar ook personeel met contracten voor onbepaalde tijd.” De NVJ verwijt de omroepdirecties geen ondernemerschap te bezitten. “Het zijn winkeloppassers die, ondanks dat ze ruim vooraf weten wat voor budget ze hebben, alle risico’s willen vermijden of af willen schuiven.” Terwijl juist dit jaar de omroepen volgens de NVJ hun verantwoordelijkheid zouden moeten nemen. “Zeker in een tijd dat er fors gesneden gaat worden in de werkgelegenheid zou het verstandig zijn om zo veel mogelijk contracten voor onbepaalde tijd te hebben. Bij reorganisatie verdwijnen als eerste de tijdelijke banen en daarmee worden vooral jongeren getroffen. Zij hebben geen recht op een Sociaal Plan.” Maar ook de omroepen zouden er zelf baat bij hebben dat er een goede afspiegeling plaatsvindt bij een reorganisatie. “Dan hou je na reorganisatie een evenwichtige leeftijdsopbouw binnen je bedrijf.”

Mocht binnen twee weken niet blijken dat op correcte wijze is ingedeeld, dan zal door de vakorganisaties NVJ, FNV KIEM en CNV Media tot dagvaarding worden overgegaan.