Bereken je uurtarief in 8 praktische tips

Welk tarief kun je vragen voor een artikel, foto of audiovisueel product? En waarom heeft het rekenen in uurtarieven de voorkeur boven stuksprijzen of woordtarieven? Dit zijn veel gestelde vragen die we binnenkrijgen. Logische vragen, want er bestaat nu eenmaal geen standaardlijstje met uurtarieven voor freelancers. Anderzijds vertegenwoordigt het journalistieke product een bepaalde waarde en die is niet zomaar uit de lucht gegrepen.

Alle reden om goed betaald te worden. Tegenover opdrachtgevers helpt een goede onderbouwing van de prijs. Maak daarom je tariefstructuur zichtbaar. Een prijs waar je goed over hebt nagedacht en waar je uiteraard van af kunt wijken bijvoorbeeld bij veel herhaalopdrachten.

We geven je 8 praktische tips hoe jij je uurtarief kunt bepalen en hoe je dit kunt onderbouwen naar je opdrachtgever.

1. Bereken je uurtarief op basis van je streefinkomen

Je hebt net als iedereen een inkomen nodig waar je van kunt of wil leven. Stel dat jij streeft naar een netto-inkomen van € 40.000 netto dan moet je ook weten hoeveel uur je wil of kan werken en wat je kosten zijn om uit te komen op je uurtarief. We spreken hier van een taakstellend uurtarief.

Even simpel gezegd: deel de bruto maand- of jaaromzet (netto + kosten + reserveringen) die je zelf als taak hebt gesteld door het aantal factureerbare uren en je komt op een bedrag per uur.

Bruto omzet / factureerbare uren = basis uurtarief

2. Bepaal je aantal factureerbare uren

Stel, je werkt 8 uur per dag aan de onderneming, ongeveer 20 dagen per maand (dit is vergelijkbaar met een werknemer in dienstverband). Dan heb je ongeveer 160 uur per maand beschikbaar voor de onderneming.

Om een maandomzet terug te rekenen naar een uurtarief, moet je ook rekening houden met je niet-factureerbare uren. Het is onmogelijk om 40 uur per week te declareren. Over het algemeen gaat 20% tot 30% - minimaal een dag per week - van de tijd zitten in administratie, acquisitie, kennis bijhouden, netwerken en andere zaken. Ook moet je bedacht zijn op uitval wegens ziekte en je vakantie incalculeren.

Vakantiedagen

Het wettelijk aantal vakantiedagen per jaar is minimaal 4x het aantal werkdagen per week. Bij een volledige baan is dat 4x5 = 20 dagen per jaar. In de praktijk komen de meeste freelancers uit op zo’n 25 tot 30 vakantiedagen. Je bent als ondernemer hier uiteraard vrij in. [MB1] 

Urencriterium

Om in aanmerking te komen voor bepaalde soorten ondernemersaftrek moet je als ondernemer volgens de wet inkomstenbelasting aannemelijk maken dat je aan het urencriterium van 1.225 uur voldoet, of je moet minimaal 50% van je tijd aan de onderneming besteden om tot fulltime ondernemer gerekend te worden. Dit zijn meer dan 100 uren per maand die ook besteed kunnen worden aan bijvoorbeeld acquisitie. Dus niet alle uren hoeven factureerbaar te zijn.

De meeste freelance journalisten hebben tussen de 1.100 en 1.400 declarabele uren per jaar, mits zij fulltime werken.

3. Breng je kosten en reserveringen in kaart

Als freelancer moet je zelf veel posten financieren die, in geval van een arbeidsovereenkomst, de werkgever voor de werknemer betaalt. Dit zijn de zogenoemde bruto-brutokosten.

Denk hierbij aan:

  • vakantietoeslag: 8%
  • vakantiedagen: 25 dagen, op jaarbasis 8%
  • werkgeversdeel pensioenpremie: circa 15%
  • werkgeversdeel WW/WIA/WGA: circa 13% tot 14%
  • werkgeversdeel zorgverzekering: circa 7%

Overheadkosten

Daarnaast betaal je voor je werkruimte, verwarming, computer, materiaal, telefoonkosten, verzekeringen (zoals zorgverzekering, bedrijfsaansprakelijkheid, beroepsaansprakelijkheid, rechtsbijstand, arbeidsongeschiktheid). Deze overheadkosten worden meestal op 20% gesteld.

De kosten die je maakt kunnen worden afgetrokken van de omzet: dit is de winst, jouw inkomen waarover je inkomstenbelasting moet betalen. Maak daar een reservering voor aan.

Brutoloon + 50%

Als je als zelfstandig journalist een vergelijkbaar besteedbaar inkomen zou willen hebben als een collega in vaste dienst, zou je per maand minimaal 50% meer aan omzet moeten binnenkrijgen dan het brutoloon van je collega, namelijk de overhead (20%) en de bruto-brutokosten (30-50%).

Dat wil zeggen, als je al deze kosten daadwerkelijk maakt. Je bepaalt tenslotte zelf of je 8% van het jaarsalaris aan vakantie besteedt en of je 25 dagen of meer per jaar op vakantie gaat.

Misschien zijn er veel lagere kantoorkosten omdat je alleen gebruikmaakt van een laptop. Daartegenover kunnen juist ook hogere kosten staan, zoals investeringen in fotoapparatuur of het hebben van een arbeidsongeschiktheidsverzekering.

4. Bepaal je eigen meerwaarde

Bovenop je basis uurtarief kun je ook je eigen meerwaarde toevoegen. Die prijs bepaal je zelf, je bent immers ondernemer:

  • op basis van ervaring, journalistieke vaardigheden, eigen netwerk en specialisme
  • op basis van flexibiliteit, snelheid en kwaliteit
  • op basis van het gewicht en belang van de opdracht
  • het aanzien van het medium of opdrachtgever
  • het aanzien van de opdrachtgever of het medium

Deze factoren helpen je om het uurtarief dat bij jouw situatie past in de onderhandelingen goed te kunnen onderbouwen naar je opdrachtgever. Leg het accent bijvoorbeeld op de toegevoegde waarde die je kunt hebben voor opdracht en opdrachtgever.

5. Kijk ook naar wat marktconform is

Je eigen meerwaarde bepalen is natuurlijk een mooi streven maar de opdrachtgever zal ook kijken naar de gangbare tarieven in de markt. Je kunt in het gesprek met de opdrachtgever al snel polsen hoeveel waarde aan jouw specialisme, kwaliteit en snelheid wordt gehecht.

6. Stap over van stuksprijs naar uurtarief

Veel opdrachtgevers (en ook freelancers) hanteren een stuksprijs of woordtarief. Wij vinden een uurtarief veel eerlijker omdat stuksprijzen en woordtarieven alleen iets zeggen over het eindproduct en niks over het werkelijke aantal uren dat je besteedt aan je opdracht – denk aan research of interviewtijd.

Wanneer je een prijs per stuk (per foto of aantal woorden) moet berekenen kun je een schatting maken van de hoeveelheid tijd die er in de productie gaat zitten. Het aantal uur maal het uurtarief geeft een aardige berekening van wat je dan per stuk zou moeten offreren. Je kunt de geschatte tijd per onderdeel van de opdracht transparant in je offerte opnemen.

7. Maak het jezelf makkelijk en gebruik de Tarievencalculator

De NVJ geeft zelf geen adviestarieven en mag dat ook niet doen. Wel is er de online NVJ Tarievencalculator die op basis van je persoonlijke situatie een realistisch uurtarief berekent dat in verhouding staat tot wat een collega met gelijke werkervaring en expertise in loondienst verdient. De Tarievencalculator is een goed middel om je prijs te bepalen, maar uiteraard kun je te allen tijde het uurtarief dat hieruit rolt naar eigen wens bijstellen.

8. Vergeet niet regelmatig te indexeren

Als freelancer zou je eigenlijk je tarieven jaarlijks of in elk geval regelmatig tegen het licht moeten houden, zeker als je tarief al jarenlang ongewijzigd is. Ook het salaris van journalisten in loondienst wordt na het afsluiten van de cao standaard geïndexeerd. Het is dus volstrekt logisch als opdrachtgevers jouw tarief ook periodiek corrigeren voor inflatie.

Een handig hulpmiddel om je indexatie te berekenen is de NVJ Indexatietool. Door het invullen van je tarief en een referentiejaar zie je in één oogopslag wat je tarief zou moeten zijn, inclusief je misgelopen indexatie.