Hier waak ik

maandag 13 januari 2014

In het Concertgebouw mag je tijdens de uitvoering niet hoesten, stampen, of kuchen. Dat is in Paradiso anders: hoesten mag, stampen moet. Wat in beide concertzalen echter niet mag is zonder toestemming fotograferen. In Paradiso leidde het ‘ik-doe-het-lekker-toch!’, van een aantal smartphone-fotografen tot verwijdering tijdens een concert van Prince in augustus vorig jaar. Hoe het met de lastpak is afgelopen die de Negende van Mahler in het Concertgebouw verstoorde door  maar liefst 20 flitsfoto’s te maken, weet ik niet. De reacties op het optreden van de Paradiso-beveiliging varieerden van: ‘Heerlijk om een concert te zien zonder 1000 smartphones in de lucht’, tot: ‘De arrogantie. Mensen die 100(!) euro betalen voor een kaartje eruit laten zetten omdat ze een foto van je maken’. 

Goed, zoveel mensen, zoveel meningen, maar was het optreden van Paradiso wel rechtmatig? In beginsel mag iedereen van alles en nog wat fotograferen. Dat geldt op straat, maar ook in concertzalen en sportstadions. Het auteursrecht komt pas in beeld als de opnames commercieel worden geëxploiteerd. Ook zou een geportretteerde zich op zijn portretrecht kunnen beroepen. Artiesten hebben vaak een ‘verzilverbare populariteit’, met andere woorden: willen hun eigen afbeelding liever zèlf verkopen.
Dat de fotograferende Prince-liefhebbers de zaal moesten verlaten was dus niet gebaseerd op eventuele auteurs- of portretrechten, maar op de eigen huisregels van Paradiso. Grote posters bij de ingang en in de zaal meldden het verbod, dat ook nog eens mondeling onder de aandacht werd gebracht. Niet te missen, dus. En concertzalen, sportstadions en soortgelijke locaties mogen in hun eigen ‘huis’ nu eenmaal regels stellen. Wel moeten die kenbaar zijn, liefst vooraf bij het kopen va het kaartje. Eigenlijk niet veel anders dan het enge bordje ‘Hier waak ik’, bij de boerderij. Betreden (en fotograferen) voor eigen risico.