Censuur

Censuur is het vooraf verbieden van het publiceren van informatie of meningen en is daarmee de meest vergaande restrictie die kan worden opgelegd. Een rechter zal echter zelden of nooit een journalistieke uiting van tevoren verbieden. Over het algemeen zal een publicatie pas achteraf worden verboden en dan alleen als de publicatie onrechtmatig is. In Nederland is de vrijheid van meningsuiting vastgelegd in artikel 7 van de Grondwet. Daarin staat dat niemand voorafgaand verlof nodig heeft om door de drukpers gedachten of gevoelens te openbaren, behoudens ieders verantwoordelijkheid volgens de wet. Dit geldt ook voor radio, televisie en andere media.

Offend, shock and disturb

De Britse krant The Sunday Times publiceerde in 1972 een artikel over een lopende rechtszaak tegen de fabrikanten van een kalmeringsmiddel. Deze rechtszaak was aangespannen door een groep vrouwen die het middel tijdens hun zwangerschap hadden gebruikt, wat had geleid tot afwijkingen bij hun kinderen. De krant publiceerde hierover en kondigde nog een artikel aan. De fabrikanten vroegen de Britse rechter het artikel te verbieden omdat dit nadelige invloed kon hebben op de lopende rechtszaak. De rechter wees het verbod toe. The Sunday Times stapte daarop naar het Europees Hof van de Rechten van de Mens en die oordeelde dat het publicatieverbod niet was toegestaan.

Het arrest uit 1979 is vandaag de dag nog steeds relevant omdat het hof hierin voor het eerst oordeelt dat de uitingsvrijheid er niet alleen is voor welgevallige informatie en ideeën, maar ook voor inlichtingen en denkbeelden die ergeren, shockeren en verwarring zaaien (‘offend, shock and disturb’). Zowel in Europese als in Nederlandse rechtspraak wordt dit uitgangspunt nog steeds aangehaald. Want, aldus het hof, zonder pluriformiteit, tolerantie en een ‘open mind’ is er geen sprake van een democratische samenleving. Deze uitgangspunten zijn juist voor de pers van groot belang omdat die schokkende informatie en ideeën kan (en soms moet) verspreiden.