Jean-Louis Veenstra: ‘Omroepwereld kijkt naar de toekomst’

maandag 7 juli 2014

Met ingang van 16 juni 2014 is Jean-Louis Veenstra begonnen als de nieuwe secretaris Omroep bij de NVJ. Veenstra werkte eerder bij een vakbond, een omroep en als advocaat op het gebied van arbeidsrecht. In zijn nieuwe functie komen al deze werelden bij elkaar. ‘Ik hou me niet alleen meer bezig met de vraag wat goed is voor één journalist, maar wat goed is voor de hele groep. Het collectieve aspect spreekt me enorm aan.’

Hij studeerde af op Artikel 10 van het Europees Verdrag voor de Rechten van de Mens, dat het recht op vrijheid van meningsuiting en persvrijheid regelt, werkte als procesjurist bij FNV KIEM, ging aan de slag als advocaat bij een advocatenkantoor in de algemene praktijk, en stapte in 2010 over naar de TROS waar hij als jurist betrokken was bij ondermeer EenVandaag, Opgelicht en Radar. Begin 2014 begon hij zijn eigen juridisch adviesbureau. En toen kwam die vacature voor een secretaris Omroep en campagneleider voorbij. ‘Ik heb bij een vakbond gewerkt, bij een omroep, en als advocaat met als hoofdmoot arbeidsrecht. Al deze werelden kwamen in die nieuwe functie samen. Met mijn adviesbureau ging het heel goed, maar deze kans kon ik niet laten liggen. Temeer omdat het hier over de grotere lijnen gaat: ik hou me niet alleen meer bezig met de vraag wat goed is voor één journalist, maar wat goed is voor de hele groep. Het collectieve aspect spreekt me enorm aan.’

Wat neem je mee in je functie als omroepsecretaris uit je eigen arbeidsverleden?

‘Onder andere kennis en ervaring in het arbeidsrecht. En ik ken de omroep van binnenuit. Ik bevind me in de comfortabele positie dat de ingangen in de omroepwereld voor mij vrij makkelijk zijn.’

Je kent de omroepwereld, hoe zou je omroepmensen voor wie je nu gaat werken typeren?

‘Creatieve, hardwerkende, eigenzinnige en kritische mensen.’

En als het om hun eigen arbeidsvoorwaarden gaat?

‘Dan lijken ze een beetje op de longarts die rookt. Als het om maatschappelijke misstanden gaat, zijn journalisten zeer kritisch. Ze zijn dat veel minder als het om hun eigen arbeidsomstandigheden gaat. Die staan niet op de eerste plaats, want op één staat hun werk.

Anderzijds is er ook de angst om werk te verliezen. En er is ook kritiek op het bestaan van flexcontracten waardoor mensen met ervaring, betrokkenheid en loyaliteit steeds weer op straat worden gezet. Ik wil de komende tijd met heel veel journalisten praten over wat er onder hen leeft en welke onvrede er heerst. Ik wil ook graag dat werkgevers nog meer gaan inzien dat je een journalist niet na een paar contracten steeds de laan uit kan sturen. Dit zijn mensen met kinderen, met een hypotheek, met een leven. Laat dat besef er komen.’

Wat zou er moeten gebeuren?

‘De afspraken in de cao zijn duidelijk, maar complex. Wat mij betreft worden die afspraken nog duidelijker en zullen de omroepen hun afspraken moeten nakomen. Daarnaast begrijp ik heel goed dat er door de extreme bezuinigingen van de kabinetten Rutte I en Rutte II heel veel wegvalt. Wat is realistisch? Dat is een discussie die we omroepbreed, met werknemers en werkgevers, lokaal en landelijk, commercieel en publiek, maar ook met onze freelancesecretaris moeten voeren en waar we gezamenlijk oplossingen voor moeten bedenken.’

Wat staat er de komende tijd concreet op de agenda?

‘Afgelopen week heb ik overleg gevoerd met RTL over duurzame inzetbaarheid. Dat is een belangrijk thema voor de komende jaren: hoe houd je mensen tevreden en mobiel binnen een organisatie. Daarnaast begint deze week de eerste bespreking over de cao Publieke Omroep. Op de agenda staat het uitgangspunt dat de NVJ, FNV KIEM en CNV hebben geformuleerd over flexcontracten en duurzaamheid.

Na tweeënhalve week in deze nieuwe functie valt het me op dat alle gesprekspartners ervan doordrongen zijn dat we in een enorm grote veranderingssituatie zitten. Er verdwijnen programma’s, er vallen ontslagen en door de wet Werk en Zekerheid gaat er veel veranderen op het gebied van arbeidsrecht en sociale zekerheid. Die ontwikkelingen hebben allemaal invloed op werknemers en freelancers. Natuurlijk moet er nog in een aantal zure appels worden gebeten, maar iedereen kijkt wel naar de toekomst. Dat stemt me positief.’