CAO-afspraken voor zelfstandigen?

donderdag 18 september 2014

Op 11 september jongstleden heeft advocaat-generaal N. Wahl het Europese Hof van Justitie geadviseerd in een door FNV Kiem aangespannen procedure tegen de Staat der Nederlanden.  Aanleiding voor deze zaak bij het Europese Hof was de in 2007 gemaakte afspraak om in de CAO Remplaçanten Nederlandse Orkesten ook minimumtarieven voor zelfstandigen op te nemen. De Nederlandse Mededingingsautoriteit (NMa) – de huidige Autoriteit Consument en Markt (ACM) - verbood dit wegens strijd met het mededingingsrecht. Tegen dit oordeel kwam FNV KIEM in beroep waarna het Hof Den Haag prejudiciële vragen stelde aan het Europese Hof van Justitie.

In zijn advies stelt de advocaat-generaal dat een CAO, waarin is voorzien dat zelfstandigen een bepaald minimumtarief moeten ontvangen binnen de werkingssfeer van artikel 101 VWEU (het mededingingsrecht) valt, wanneer zij namens en in het belang van zelfstandigen is overeengekomen.

Een CAO met daarin afspraken over zelfstandigen kan slechts buiten de werkingssfeer van het mededingingsrecht vallen wanneer zij is overeengekomen namens en in het belang van werknemers van wie zij de werkgelegenheid en de arbeidsvoorwaarden rechtstreeks verbeteren. Essentieel is dus of de betrokken bepalingen de werkgelegenheid en arbeidsvoorwaarden van werknemers rechtstreeks verbeteren en daarmee sociale dumping (het vervangen van ‘dure’ werknemers door goedkopere alternatieven) werkelijk en doeltreffend voorkomen. Bovendien mogen de afspraken niet verder gaan dan nodig is om dat doel te bereiken.

Wanneer het Europese Hof uitspraak doet in deze zaak is nog niet bekend.

Bron: InfoCuria