‘Wat? Heb jij ‘m al? Geef hier!’ Helene van Santen, redactiemanager bij Libelle Daily, grist het meinummer van Good Housekeeping nog net niet uit m’n handen. We zitten aan de grote vergadertafel met het sectiebestuur Tijdschriften. Vandaag op de agenda: wil ons bestuur een column maken voor de NVJ-site? Omdat de ideeën als je goed oplet pal voor je neus liggen, is het logisch dat we dat bij toerbeurten gaan doen over ‘mijn eigen favoriete blad.’
Ik weet nog precies waar en wanneer ik m’n eerste Good Housekeeping inkeek. 1999, the Quai workshop café in Mistley, vlak bij Harwich. Een typisch knusse tearoom, de ramen beslagen, zwarte thee met een wolkje melk, zwanen zwemmen beneden in de Stour.’ Wat een gekke titel,’ dacht ik. ‘Wie koopt er nou een blad over huishouden?’ Toch pakte ik het op. Bladerde. Ging lezen - en bleef lezen. ‘Dit lijkt wel erg op Plus Magazine,’ vond ik. Dezelfde tone of voice, dezelfde praktische insteek.
Sinds die tijd ben ik fan en kijk ik elke maand (en vaker sinds hun nieuwe website in 2014 online kwam) wat die onbekende Britse collega’s nu weer hebben bedacht. Zoals hun stand-alone Research Institute, in Soho. Hun test-lab was altijd in hetzelfde gebouw als de redactie gevestigd, maar is nu zelfstandig en veel groter geworden. Koks maken er alle recepten die in het blad verschijnen drie keer (‘tripple tested’) en geven kookworkshops, en verder wordt zo’n beetje alles wat los en vast zit er uitvoerig uitgeprobeerd. Broodroosters, stofzuigers, financiële producten, hot cross buns, oogcremes, vaatdoekjes; lezers kunnen nu met eigen ogen zien hoe ze getest worden, of zelf mee helpen testen. Sommige tests doen lezers thuis, zoals bij Good Housekeepings ‘most intimate test ever’, in mei 2014. Honderd vrouwen tussen de 30 en 100 jaar probeerden toen een aantal vibrators om te zien ‘if they’re hitting the spot.” "Housewives' favourite Good Housekeeping magazine shocks readers with SEX TOY review, kopte The Daily Mirror vol afschuw. Liepen de lezers echt massaal weg? Welnee. Good Housekeeping mocht zich toen sinds een aantal maanden het grootste betaalde maandblad van het land noemen, en dat is het nog steeds.
Wat is het geheim van hun succes, hoe verhoudt de website zich tot het blad en hoe ziet de toekomst eruit? Ik wil het allemaal weten, en stuur hoofdredacteur Lindsay Nicholson een mailtje.
Good Housekeeping seems strong as ever, or maybe even stronger. What does account for your succes?
The succes of Good Housekeeping is grounded in the work of the Good Housekeeping Institute (GHI). Yes, we are a glossy lifestyle magazine but every product we mention has either been tested by our researchers in the GHI or is a recommendation of one of our in-house experts. No other lifestyle magazine has this reputation for integrity and trust – and that is what gives us an edge over the rest of the market, even more so since the financial crisis. As we say: 'When times are good women love Good Housekeeping; when times are hard they absolutely depend on it.'
The website, Facebook and newsletters are all integrated in the paper version of Good Housekeeping. Could you share some of the figures and vision behind this?
The website is quite new for us having been launched in November 2014 and growing fast with currently over 860k unique visitors per month for the brand. We don’t put our magazine content online directly because the intention is for our website to be a “lean forward” experience giving our users information rather than a ‘lean back” experience for entertainment and relaxation, which the print magazine does very well. We currently have online more than 4000 recipes from our archives plus over 3000 product reviews and more than 300 How To videos. The average age of our online user is 10 years younger than our average print reader (ie early 40s for online) which we are very pleased about as we believe this is the perfect way to reach a slightly younger audience and get them into the GH way of thinking.
In six years time, GH celebrates its 100th anniversary. Is there a future for print?
Absolutely there is a future for print. Well-produced magazines with a purpose and integrity, like GH, are selling better than ever. There will be some fall-out of those magazines without a clear identity or which only offer content that can be more cheaply and easily accessed online but the good ones will do better than everI fully expect Good Housekeeping to be celebrating its 200th birthday in print, as well (although not with me as editor!)
Finally, what is your personal favorite magazine to read?
I love magazines, all magazines. In fact, I have hardly ever found a magazine that I didn’t like. Reading international magazines is more relaxing for me than those from my own territory because it gives me a another perspective. I particularly like, from the US, the New Yorker and O The Oprah magazine. But I am always looking for new concepts and new ideas. I recently asked a friend to send me some copies of the Dutch magazine Flow, which I find absolutely fascinating.
Stel dat Helene en ik ooit samen in London belanden, dan boeken we een free public tour in het GHI, zo spraken we af tijdens onze laatste vergadering. Kunnen we Lindsay meteen een stapeltje Flows overhandigen.
Volgende keer op deze plek; het favoriete tijdschrift van Helene van Santen.
De NVJ biedt leden en/of bestuursleden van de NVJ een podium om hun visie op de journalistiek onder de aandacht te brengen of commentaar te leveren op actuele ontwikkelingen in de media. Zij doen dit op persoonlijke titel en vertolken niet noodzakelijkerwijs de standpunten van de vereniging.